lees verder ...

De oorzaak voor deze onfortuinlijke stap was vaak 'de weg kwijt' in combinatie met vallen (en iets breken), terwijl vallen iedereen kan gebeuren. Opsluiten voor je eigen bestwil, was het argument. Fout, zou je onderbuikgevoel allang moeten aangeven. Loopdrang beknotten, werkt juist onrust in de hand. Elk mens floreert bij het vrijheidsgevoel. Alleen het idee al dat je zo vrij als een vogeltje in de lucht bent, is voldoende om onrust in te dammen en weglopen te reduceren. Daarbij is beweging zoals wandelen juist gezond voor lichaam en geest. Het bevordert de coördinatie, verhoogt de stabiliteit en vergroot je spierkracht.

Structureel de deuren geopend kan! Deels los je het op met een grote afgesloten tuin, een wandelbuddy voor de (ver)dwaler en andere opgedane positieve ervaringen. Een opendeurenbeleid vraagt zeker om inventiviteit, want zorgmedewerkers mogen wel ogen in de rug hebben, ze kunnen niet op twee plekken tegelijk zijn. Hier komt nog een hartverwarmend principe om de hoek kijken: zorgvragers beoordelen op wat ze wèl kunnen.

Onze bewonersmix van mensen met uiteenlopende zorgvragen laat elke dag zien hoe mooi die wisselwerking functioneert. Wat de een niet kan, kan de ander. De belevingswereld van de bewoners groeit. Bewoners kijken naar elkaar om, trekken zich aan elkaar op en voelen zich volwaardig in plaats van versleten en afgedankt. Een fijn leven is gevuld met kwaliteit.

Voorbeelden: Een brildrager biedt spontaan hulp bij het voorlezen van een (oude) ansichtkaart aan een zeer slechtziende bewoner. Een bewoner met dementie raapt een op de grond gevallen pen van een rolstoeler op, een diabetes- en hartpatiënt leidt een wegloper al bij het afstevenen op de voordeur af. Heel bijzonder was het om te zien hoe een bewoonster perfect de verdrietige stemming van haar buurvrouw peilde. Door simpelweg haar hand vast te pakken en te houden, was ze als zielsverwante een grote steun.